De Atheense School Het Colosseum Rome: Forum Romanum Kreta: Knossos Rome: de Palatijn

De Atheense School


Detail uit het beroemde fresco van de Italiaanse renaissance schilder Rafaël: de Atheense school. Het fresco bevindt zich in de Vaticaanse Musea.

Het Colosseum


Het grootste amfitheater van het Romeinse Rijk werd gebouwd in de 1e eeuw n. Chr. De bouw werd gefinancierd uit de buit van de plundering van Jeruzalem in 70 n. Chr.

Rome: Forum Romanum


Ruïnes van het Forum Romanum in Rome: ooit het politieke centrum van het machtige Romeinse Rijk.

Kreta: Knossos


Ruïnes van het beroemde paleis van koning Minos in Knossos (Kreta). Dateert uit ca. 3000 v. Chr.

Rome: de Palatijn


Zicht vanaf het Circus Maximus op de ruïnes van de keizerlijke paleizen op de Palatijn in Rome.
 

Handelingen van Petrus

Vermoed wordt dat de Handelingen van Petrus ongeveer in de 2e helft van de 2e eeuw zijn geschreven. De focus in deze Acta Petri ligt op de wonderen en tekenen die Petrus heeft gedaan, op zijn confrontatie met Simon de Tovenaar (zie Handelingen van de Apostelen 8:9-24) in Rome en op Petrus' martelaarsdood in deze stad. Verschillende oude tradities over Petrus vinden we in dit apocriefe werk terug, waaronder de beroemde vraag: 'Quo vadis, Domine?'.

Inhoud

Petrus' wonderen en tekenen

Volgens de Handelingen van Petrus schijnt Petrus een dochter te hebben gehad, die kreupel was. Op de vraag waarom Petrus zoveel mensen genas, maar zijn eigen dochter niet, toont hij de macht van God door het meisje te genezen. Na de opgetogen reacties van de omstanders, zegt Petrus echter tegen zijn dochter: 'Ga terug naar je plaats, ga zitten en wees weer hulpeloos, want dat is zowel voor mij als voor jou het beste'. Vervolgens vertelt Petrus welk visioen hij bij de geboorte van het meisje heeft gehad en wat er daarna met het meisje is gebeurd en waarom het beter is dat ze kreupel blijft ...

Petrus' bestrijding van Simon de Tovenaar

Simon de Tovenaar die we in de Handelingen van de Apostelen tegenkomen en die daar bestreden wordt door Petrus, heeft zijn heil gezocht in Rome. Daar doet hij allerlei trucjes en wonderen met de bewering dat hij 'de grote Kracht van God' is. De gelovigen in Rome raken in verwarring en bidden dat een van de apostelen weer naar Rome mag komen om de waarheid aan het licht te brengen.
In Jeruzalem krijgt Petrus een visioen waarin hij de opdracht krijgt naar Rome te gaan om daar Simon de Tovenaar te bestrijden. Telkens wanneer Simon de Tovenaar zijn wonderen en tekenen vertoont, is Petrus daar om hem te ontmaskeren. Ten einde raad kondigt Simon aan dat hij terug gaat naar God en ten aanschouwe van een groot publiek vliegt hij over de tempels en heuvels van Rome. Petrus ziet dit gebeuren en ziet hoe onthutst de gelovigen zijn. Hij bidt daarom tot zijn Heer Jezus Christus: 'Als U hem toestaat te doen wat hij heeft ondernomen, zullen allen die in U geloven van hun stuk raken en de tekens en wonderen die U door middel van mij aan hen getoond hebt, zullen niet geloofd worden. Haast U, o Heer, toon Uw genade en laat hem neerstorten en kreupel worden en breek zijn been op drie plaatsen!'. En aldus gebeurt.

Petrus' kruisdood

De oorzaak van Petrus' martelaarschap is volgens de Handelingen van Petrus zijn prediking die tot ascese leidde. In reactie op Petrus' prediking onthielden veel vrouwen zich van de gemeenschap met hun man, terwijl er ook mannen waren die zich onttrokken aan de gemeenschap met hun vrouw.
Enkele vooraanstaande mannen, de prefect Agrippa en Albinus, een vriend van de keizer, zetten hun zinnen op de dood van Petrus. Petrus krijgt hier echter lucht van en wordt door de christenen in Rome overgehaald om uit de stad te vluchten. Petrus wil aanvankelijk niet, omdat hij zichzelf dan als deserteur beschouwt, maar als hem gezegd wordt: 'Door weg te gaan kun je de Heer blijven dienen!', gaat hij overstag en verlaat Rome.
Petrus is echter de poort nog niet uit of hij ziet tot zijn verbazing zijn Meester de stad ingaan! Daarop vraagt hij: 'Quo vadis, Domine?' ('Waar gaat U heen, Heer?') en het antwoord van Jezus luidt: 'Ik ga naar Rome om gekruisigd te worden'. Petrus begrijpt de boodschap en keert terug om weldra in Rome gekruisigd te worden.
Na zijn veroordeling vraagt Petrus aan de beulen om hem met het hoofd naar beneden te kruisigen en niet anders. De Handelingen van Petrus eindigen met een moeilijke uitleg waarom hij dat eigenlijk wil.

 

(citaten op deze pagina uit de Handelingen van Petrus zijn afkomstig uit A.F.J. Klijn, Apocriefe Handelingen van de apostelen. Buitenbijbelse verhaleen uit de vroege kerk. Baarn, 2001).